Visie


Let op; Je zult misschien eerder het meer onbegrijpelijker en moeilijker gaan vinden als je dit verder leest. Deze visie hoef je dan ook absoluut niet te kennen of te begrijpen.  Het is bedoeld voor een extra uitleg waarom ik werk zoals ik werk en voor diegene die het interessant vinden om dit te lezen.

Een visie om het leven begrijpelijker en makkelijker te maken begint bij jezelf te kunnen zijn zoals je bent in elke situatie zoals die zich aandient. En dat voor iederéén. Een utopie?!

De visie streeft erna alle ‘gevoelsmatige’ belemmeringen (angsten) niet het leven te laten besturen waardoor je op dat moment meer regie terug krijgt. Deze regie kan worden gebruikt om je wensen te laten uitkomen zoals jij die voor ogen had.

Om een wens te kunnen volgen volg je je hart boven het idee of gedachte. De bedoeling is hierbij dat het denken de dienaar gaat worden van je ‘hart’ en niet andersom! Waarbij ‘hart’ staat voor het voelen dat iets klopt of niet.

Centraal in deze visie staan de filosofische thema’s, zie hieronder beschreven.

 

 

5 thema’s

1-ontspanning

2-het moeten vs. mogen begrip

3-het willen vs. kunnen begrip

4-kapitein van het schip

5-jij en de ander (de andere persoon heeft namelijk tevens te maken met deze 5 onderwerpen)

 

 

 

Waarom deze thema’s?

Elk onderwerp is een stap verder in het autonoom worden van het individu. Autonomie op basis van deze onderwerpen geeft het optimale gevoel van jezelf mogen zijn zoals je bent, eigen keuzes kunnen maken en verantwoordelijkheid kunnen dragen. Dit noem ik in contact te staan met het leven i.p.v. overleven. De weg er naar toe zal voor iedereen verschillend verlopen en per onderwerp qua aandacht verschillen. Maar iedereen heeft in zichzelf deze 5 thema’s die vóór of tegen zijn of haar eigen ‘hart’ inwerken.

 

Verder uitgelegd:

  1. Het lichaam. Door spieren te ontspannen creëert men ‘vertrouwen’. Waarbij ‘vertrouwen’ het tegengestelde is als ‘angst’. Beide zijn cognitief en hebben te maken met het ‘overleven’ als mens. De cognitie staat in directe verbinding met het lichaam (fight, flight en freeze). De mate van ontspanning, ademhaling en een goede houding bepalen een lichamelijke ingang tot autonomie en creëert een ervaring van ‘overleven’ naar ‘leven’. Hoe onstabieler dit onderwerp hoe minder ‘draagkracht’ vandaar dit hoofdstuk nummer 1 is.

  2. Eén ding is voor iedereen gelijk en dat is de angst die vóór de autonomie gaat. Angst vanuit bij een groep te willen horen, geaccepteerd te worden of erbij te horen etc. zijn onderliggende beperkende factoren. ‘Moeten’ is het woord waarin dwang het verschil maakt met ‘mogen’. Dwang legt uit dat het ‘hart’ eigenlijk iets anders wil maar door zijn of haar redenen iets anders ‘moet’. Hierdoor wordt je letterlijk verblind. Door ‘moeten’ met zijn dwangmatigheden te ervaren sta je niet meer open voor andere visies of mogelijkheden. Je weg tot het volgen van je eigen hart wordt zeer smal. Dit kun je letterlijk ervaren alsof je altijd in de overlevingsstand staat. Echter is het van belang in dit onderwerp het ‘moeten’ en ‘mogen’ te leren lezen. Hoe meer je ‘mag’ hoe meer je weer mag kijken naar andere visies of mogelijkheden.

  3. Willen vs. kunnen. In dit onderwerp wordt uitgelegd dat disbalans tussen willen vs. kunnen de enige manier wordt gecreëerd waarop de mens psychisch kan lijden. De mate van lijden wordt bepaald door de mate van dwang in de wil. Dit onderwerp hangt dus sterk samen met hoofdstuk 2. en de kunst is deze niet te verwarren met elkaar en hiermee de wil zuiver te houden. Dit hoofdstuk staat voor de zoektocht koers uit te kunnen zetten vanuit jouw eigen kompas.

  4. Wie is de ‘baas’ in jou? Ook wel ‘de kapitein van het schip’ genaamd. Het ‘schip’ als metafoor voor je lichaam. De ‘kapitein’ als stuurman van je leven. Is dit de waarnemer in jou die los staat van alles of is het een eigen gemaakte innerlijke persoonlijkheden vanuit overtuigingen, emoties en ervaringen uit de buitenwereld. Het verschil is simpel. De waarnemer in jou is er 1 en kan niet meer worden waargenomen en de gemaakte innerlijke persoonlijkheden wel! Echter zou ik de gemaakte innerlijke persoonlijkheden meer als ‘matrozen’ willen zien. Zo kan het ‘schip’ met een goede samenwerking tussen de ‘kapitein’ en zijn ‘matrozen’ een goede koers uitzetten en gaan varen! (let wel koers is hierbij de ‘wil’). Zo zit dit hoofdstuk verbonden aan hoofdstuk 3.. Dit onderwerp gaat over het gedragsmatige aspect en staat voor het echt te gaan doen en aanpakken.

  5. Jij en de ander! Je leeft nu eenmaal niet alléén. Hierbij heeft ieder zijn eigen niveau. Op het moment dat jij alle hoofdstukken steeds beter beheerst zal je merken dat om je heen de mensen nog erg emotioneel, met moeten/dwang en zonder een duidelijke kapitein zichzelf voortbeweegt en of reageert. De ‘angstige’ mens om jou heen zal willen overtuigen en je terug willen meetrekken in hun beleefwerelden en zal bij veel ‘angst’ ook veel dwang gebruiken. Dit hoofdstuk gaat over hoe hiermee om te gaan. Nu het innerlijke contact met jou kapitein en je eigen matrozen is herstelt zal je merken dat je tevens anders omgaat met je omgeving. Dit is hetzelfde en is hiermee verbonden aan hoofdstuk 4..